top of page

Het AZC als buurtgenoot

  • Foto van schrijver: ACN
    ACN
  • 3 jun
  • 7 minuten om te lezen

Bijgewerkt op: 18 jun

Stadszaken | 03.06.2025 | 20:00 - 21:30 uur | LUX

 

Verslag Camiel Hendriks | Foto’s: More or Less Design

 

Hoe ontwerp je een nieuw thuis voor asielzoekers? Het uiteenlopende politieke klimaat zorgt voor grote druk op het ontwerpen van humane asielzoekerscentra. Hoe zorgen we er samen voor dat kwaliteit van en de participatie rondom vluchtelingenopvang verbetert? Op dinsdagavond 3 juni gingen ACN en LUX tijdens het programma Het azc als buurtgenoot in gesprek met architect Lorien Beijaert, politicus Quirijn Lokker en interieurarchitect Nasma Al-Shutfa.

Inclusieve azc’s

Architect Lorien Beijaert (Studio LA) trapte af met een reflectie op een eerder ontwerp van haar en bureaupartner Arna Mačkić voor een tijdelijk azc in de Bijlmerbajes. De locatie zelf, een voormalige gevangenis, bracht al grote uitdagingen met zich mee: tralies voor de ramen, onoverzichtelijke gangen, een desoriënterend gebouw. ‘De tralies symboliseerden de belemmering’, vertelde Beijaert. ‘Het voelde niet als een thuis, maar als een plek waar je vastzit.’


De architecten probeerden met de ontwerpvrijheid die ze hadden om het gebouw leefbaarder te maken. Ze begonnen met simpele maar belangrijke ingrepen: een duidelijke bewegwijzering, welkomstborden, en vooral: toegang tot wifi. ‘Wifi was cruciaal’, aldus Beijaert, ‘omdat contact met het thuisfront de enige houvast is voor asielzoekers.’


Lorien Bijaert
Lorien Bijaert

 Hun wens om de tralies voor de ramen te verwijderen stuitte echter op weerstand. Een crowdfundingsactie om ze te verwijderen werd aanvankelijk afgewezen: ze zouden dienen als zonwering was het tegenargument van het COA. Maar na onderzoek bleek dat helemaal niet het geval. Beijaert en Mačkić besloten een documentaire te maken over het ontwerpproces, wat leidde tot Kamervragen, en uiteindelijk tot een onderzoeksopdracht vanuit het College van Rijksadviseurs (CRa) onder de noemer Het AZC als onderdeel van een inclusieve samenleving.

 

De buurt ontmoeten

Beijaert vertelde dat een van de grootste problemen bij het ontwerpen van een azc is dat een programmatisch kader voor de leefbaarheid ervan ontbreekt. ‘Er is geen programma van eisen. Daardoor blijft alles ad hoc, terwijl je juist een plek zou moeten ontwerpen die ontmoeting en integratie stimuleert. Het enige kader is een maximale afmeting van de woonruimte, die absoluut niet groter mag zijn dan een sociale huurwoning.’ Dat om scheve ogen te voorkomen.


'Het enige kader is een maximale afmeting van de woonruimte, die absoluut niet groter mag zijn dan een sociale huurwoning.'

 

Het onderzoek voor het CRa leidde nu, meer dan tien jaar later, tot een opdracht voor het hernieuwde azc voor Oisterwijk. ‘Mooi dat het COA ons de kans biedt om ons onderzoek in praktijk te brengen.’ De architecten mogen er een ontmoetingsruimte ontwerpen waar asielzoekers en de buurt elkaar kunnen treffen. Op basis van gesprekken met azc-bewoners en de buurt ontstond het idee om onder andere een sportruimte en een huiskamer te realiseren, ter bevordering van ontmoeting en het welzijn van de asielzoekers. Het programma werkten ze verder uit met de sociale ontwerpers van Morgenmakers, waaronder taallessen, een voorziening voor koffie en thee, een naaiatelier en een uiteenlopend acvititeitenprogramma. ‘Het draait om agency,’ vatte Beijaert samen, ‘mensen weer zeggenschap geven over hun eigen leven.’ En mooi dat deze opdracht vanuit het COA komt.

 

Nasma Al-Shutfa
Nasma Al-Shutfa

Tussen dankbaar en kritisch

Interieurarchitect Nasma Al-Shutfa deelde haar persoonlijke ervaring als voormalig bewoner van vijf verschillende Nederlandse azc’s. Die had ze samengebracht in haar afstudeerproject  I Am Grateful (?) aan de Royal Academy of Art in Den Haag. In een serie interieurmaquettes verkende ze het spanningsveld tussen dankbaarheid en kritiek.


‘Ik wilde verbeelden hoe het is om in een azc te wonen, en de zichtbare én onzichtbare grenzen die daarbij horen.’

 

‘Steeds kreeg ik de vraag: ontwerp jij een azc? Maar dat wilde ik niet’, vertelt ze. ‘Ik wilde verbeelden hoe het is om er in een te wonen, en de zichtbare én onzichtbare grenzen die daarbij horen.’ Haar afstudeerproject bestond uit miniatuurkamers: haar eigen kamer in het azc, een met papierwerk bekleedde kamer – die de bureaucratie rondom een asielprocedure verbeelde, een wachtkamer – als symbool voor de eindeloze onzekerheid waarin asielzoekers verkeren, en een emotionele kamers – die het gebrek aan privacy en eigen regie verbeelde.


‘Je woont jarenlang met vreemden op een kamer, terwijl je ook je eigen geheimen hebt. Maar dat kan niet zonder een eigen plek.’ Al-Shutfa vertelde waarom dankbaarheid – voor de kansen die ze in Nederland heeft gekregen – aan de andere kant niet tot zwijgen moet leiden. ‘Je kunt dankbaar én kritisch zijn. Elke week kreeg ik hetzelfde nagelschaartje. Eerst was ik er blij mee, maar twee jaar lang steeds opnieuw datzelfde schaartje… dat is ontmoedigend.’

 

Sober of humaan?

In het gesprek onder leiding van Marit Willemsen ging politicus Quirijn Lokker verder in op de betekenis van humaan in relatie tot een azc. ‘Dat woord hoor je vaak, maar niemand weet wat het in deze context betekent. Het is nooit gedefinieerd’. In de praktijk geldt vaak de regel dat een azc niet comfortabeler mag zijn dan een sociale huurwoning. Maar dit leidt tot schrijnende situaties: overvolle kamers, geen ruimte voor privacy, slechte voorzieningen. ‘Een toilet moet niet ‘optimaal’ zijn, wat in praktijk betekent dat je altijd in de rij staat. Het moet meteen beschikbaar als dat nodig is.’


‘Je mag geen tekeningen ophangen, geen poster op je muur plakken. Alles moet leeg en neutraal blijven. Dat ontneemt mensen hun eigenheid.’

 

Ook de beperkingen die gelden om je kamer te personaliseren noemde Lokker. ‘Je mag geen tekeningen ophangen, geen poster op je muur plakken. Alles moet leeg en neutraal blijven. Dat ontneemt mensen hun eigenheid.’ Maar er zijn ook praktische problemen om een humane azc’s te creëren. Zo worstelt het COA met constante fluctuaties in aantallen asielzoekers en beschikbare locaties, waardoor langdurige kwaliteit moeilijk te waarborgen is.


Ondanks dat moet een gemeente zichzelf volgens Lokker de vraag durven stellen of een azc een fijne plek mag worden. Het overheidsbeleid ‘sober, doch humaan’ vindt hij in die daarom maar een vreemde tegenstelling. Want: ‘Ook al is de insteek humaan, met de huidige regels en beleidskaders is het resultaat al snel een sober azc.’

 

Zonder hekwerk

Lokker vertelde over de noodopvang in Heumensoord. Vanaf het begin streefde de gemeente naar een transparant en toegankelijke opvang. Geen hoge hekken, maar een open entree dicht aan de openbare weg. Tijdens de opening werden omwonenden uitgenodigd om daar te komen kijken, en gevraagd om op de stapelbedden plaats te nemen. Er werd een telefoonnummer ingesteld waar mensen altijd naar konden bellen als er problemen waren: uiteindelijk werd deze alleen gebruikt om vrijwilligerswerk aan te bieden of om te vragen hoe het met de bewoners ging.


 

Links: Quirijn Lokker, rechts: gesprek onder leiding van Marit Willemsen


Dat wil niet zeggen dat er geen tegenstanders waren. Maar de meest luidruchtige groep waar we nu mee te maken hebben zijn vaak demonstranten die niet uit de buurt kwamen. ‘Die groepen reizen inspraakavonden af en zijn niet lokaal geworteld’, vertelde Lokker. ‘De media-aandacht die ze krijgen is vaak eenzijdig, waardoor het lijkt alsof iedereen tegen is. De werkelijkheid is genuanceerder.’


‘De media-aandacht die ze krijgen is vaak eenzijdig, waardoor het lijkt alsof iedereen tegen is. De werkelijkheid is genuanceerder.’

 

Eigen regie

Gespreksleider Marit Willemsen vroeg tot slot aan de sprekers hoe je bewoners van een azc weer wat regie kan geven over hun leven. Eigen keuzes kunnen maken in dagelijkse dingen vertelden ze, zoals zelf bepalen wat je eet, met wie je woont, en hoe je je directe omgeving inricht. Als je niets hebt, dan is het des te belangrijker dat je iets kunt opbouwen. Het besef dat de wachttijd op zichzelf een gevangenis kan zijn, onderstreept de urgentie om azc’s niet als een wachtkamer te zien, maar als een tijdelijk thuis.


Litaraire voordracht Saït Gulsen
Litaraire voordracht Saït Gulsen

 

Saït Gulsen sloot de avond af met een literaire voordracht. Hij is jurist en kwam in 2018 naar Nederland vanuit Turkije als politiek vluchteling, waar hij veertien jaar werkte als beleidsmedewerker.


Ter Apel... Grijze lucht, grijze aarde. Maar diep in mij... een ademhaling. Niet vrede. Maar... pauze. De wereld bewoog, maar wij stonden stil. Voor sommigen: het einde van de lijn. Voor ons: een begin. Geen triomf. Een stukje perspectief. Maar vooral veilig en samen. Eindelijk.

 

We kwamen met niets. Een lichaam. Twee kinderen. Vier zielen. Eén hoop. Alles wat was – verbrand. Verloren. Wat overbleef: elkaar. En stilte. Een stilte die niets vroeg. Een stilte waarin een bed een geschenk werd. Een bord eten een altaar. Een kale kamer... een toevluchtsoord.

 

Het azc: geen huis. Geen gevangenis. Een wachtkamer tussen hemel en aarde. Alles stond stil. Elke dag dezelfde zinnen. Dezelfde vragen. Dezelfde wachttijd. Maar wij zochten ritme in het wachten. Adem in de sleur. We kookten hoop met restjes. Speelden vreugde in smalle gangen. Vriendschap kwam uit een blik thee. Uit een gedeelde blik.

 

Er was ruzie. Ja. Maar ook verbondenheid. Tussen schaduwen. Tussen geuren van thuis. De eerste keer stappen in een auto. Grappig hoe een Kia Picanto als een SUV voelde. En dan... IKEA. Een droomwandeling. Keukens zonder geur. Bedden zonder verleden. Maar o, wat voelde het als toekomst. Mijn kinderen renden van kamer naar kamer... "Zou dit van ons kunnen zijn?" fluisterde ik, alleen in mijn hoofd.

 

De kinderen... zij droegen het licht. Onwetend van de breuken. Ze vroegen: "Wanneer gaan we naar huis?" Ik zei: "We zijn er al." Maar ik wist het verschil niet. Wonen. Verblijven. Er zijn, zonder te zijn.

 

Ze leerden snel. Dat alles tijdelijk is. Dat mensen vertrekken. Dat deuren geen slot nodig hebben om gesloten te zijn. Maar ondanks dat bleven ze... zacht.

 

Ik zag zoveel gezichten. Velen zonder naam. Sommigen kwamen als mist. Anderen als storm. Elk droeg een wereld op zijn rug. De een vond rust in regels. De ander brak in de stilte. Maar allemaal... zochten we onszelf terug.

 

En soms – kwamen er lichten van buiten. Vrijwilligers. Van de bieb. Van een kerk. Niet alleen voor taal. Ook voor iets dat ze niet zeiden. Hun ogen zeiden het: compassie. Geloof misschien. Of gewoon... menselijkheid. Ze kwamen. Ze bleven. En dat voelde goed.

We woonden op een eiland. Midden in een stad. In Nederland. Mensen groetten. Sommige gaven koffie. Andere gaven blikken. Of niets.

 

Wat is een buurtgenoot? Iemand die je ziet? Of iemand die je niet ontwijkt? Ik woonde in jouw straat. Maar misschien alleen in jouw blinde hoek.

 

Een AZC is niet alleen baksteen. Het is ademruimte. Het is een plek om mens te blijven. Om niet verloren te gaan in je eigen herinneringen. Om nieuwe te maken.

 

Een plek is niet wat het is. Maar wat we erin leggen. En wie we er durven zien.

 

Als we de muren vouwen tot bruggen... Als we het wachten vullen met ontmoetingen... Als we elkaar dragen, zonder vragen… ...dan kan zelfs de tussenruimte iets worden dat lijkt op thuis.


 

 

Dit programma is onderdeel van de themareeks Habitat’. In het jaarprogramma 'Habitat' bespreekt ACN hoe Nijmegen zich ruimtelijk kan ontwikkelen tot een nabije stad die leefwerelden samenbrengt én sociaal duurzaam is ontworpen.

Comentarios


© Stichting Architectuurcentrum Nijmegen 2021 | Alle rechten voorbehouden

CONTACT

Architectuurcentrum Nijmegen (ACN)

Winselingseweg 16, U-74

6541 AK Nijmegen

06 11 62 02 17

info@architectuurcentrumnijmegen.nl

www.architectuurcentrumnijmegen.nl

OVER

Architectuurcentrum Nijmegen (ACN) is het centrum voor ideevorming en uitwisseling over architectuur, stedenbouwkunde en de ruimtelijke ontwikkeling van Nijmegen. In samenwerking met relevante partijen worden producties opgezet, debat-avonden en activiteiten georganiseerd. Het ACN zet daarbij haar kennis en netwerk in om dilemma’s in de stad te duiden, op de agenda te zetten en oplossingen aan te dragen. 

Lees meer...

bottom of page