Stadszaken | 24.09.2024 | terugblik
Op 24 september vond het tweede programma in de serie Stadszaken plaats, waarin werd ingezoomd op de toekomst van klein wonen. Het aantal eenpersoonshuishoudens blijft groeien, wat vraagt om een vernieuwde visie op woonomgevingen waar ontmoeten en delen centraal staan. Tijdens het programma gingen architect Patrick Meijers (Orange Architects), stedenbouwkundige Paul Goedknegt (Gemeente Nijmegen) en ontwikkelaar Maurice Delpeut (MWPO) in gesprek met bewoners en publiek over deze uitdagingen. Zo’n zestig deelnemers kwamen samen in de NYMA Makersplaats en er ontstond een veelzijdige discussie onder leiding van Maïté Tjon A Hie (Artez).
De Jonas in IJburg
Patrick Meijers opende de avond met een presentatie over het project Jonas in IJburg, dat in 2023 door de BNA werd bekroond tot het beste gebouw van het jaar. Meijers legde de visie van Orange Architects uit: wonen is niet alleen een fysieke, maar ook een mentale activiteit. Het fysieke aspect komt tot uiting in het ontwerp van het gebouw, maar de mentale component zit in de beleving van het wonen. ‘Het concept van de Jonas ging echt om het mentale aspect,’ legde Meijers uit. ‘Hoe kun je fijn wonen in een heel groot gebouw?’ Het project Jonas werd gerealiseerd in een wijk waar sociale cohesie al sterk aanwezig was en de gemeenschap speelde een belangrijke rol bij het vormgeven van het project.
Jonas is meer dan alleen een woongebouw: het is een levendige gemeenschap met veel gemeenschappelijke voorzieningen, zoals een collectief dakstrand en een 'beach bar'. Het gebouw zelf stimuleert ontmoetingen door zijn spectaculaire, vijf etages hoge galerij en een groot aantal gedeelde ruimtes, waaronder filmzalen en een bezoekersruimte. Bovenop het dakstrand stroomt laag water waar kinderen in kunnen spelen. Tijdens een rondleiding die Meijers eerder gaf in het gebouw gleden kinderen over de glazen ramen, tot groot vermaak van de mensen in de galerij daaronder. Volgens Meijers zit de kracht van de Jonas in dat het voelt voor bewoners alsof het hele gebouw van hen is, wat bijdraagt aan een gevoel van geborgenheid in een relatief kleine woonruimte.
Uiteraard kwamen er ook kritische vragen uit het publiek, zoals de vraag naar de financiële haalbaarheid van deze gemeenschappelijke ruimtes - en of dit niet doorgerekend wordt in de servicekosten van de bewoners. Meijers legde uit dat tijdens de financiëringsfase van de Jonas enkele vierkante meters uit de woningen zijn gehaald en toegevoegd aan de gemeenschappelijke ruimtes, om zo de financiële haalbaarheid te garanderen.
Foto's: More or Less Design
Ervaringen van bewoners
Bewoners Collin Nicolai en Lian Bokslag deelden hun ervaringen over het wonen in NDW21 en Ecodorp Zuiderveld. Nicolai sprak over zijn 60 m2 grote woning in een van de eerste opgeleverde gebouwen van NDW21. Hoewel het onderhoud te wensen overlaat, benadrukte hij dat hij geen behoefte heeft aan een grotere woning: de beschikbare ruimte is meer dan voldoende. De inrichting van NDW21 is gericht op ontmoeting en verbinding, wat de sociale cohesie bevordert. Op dit moment is dat nog lastig: ze zijn een bewonersvereniging aan het opzetten, maar weten nog niet hoe ze iedereen kunnen bereiken.
Bokslag vertelde over het leven in Ecodorp Zuiderveld, waar ecologisch leven en verbinding met de gemeenschap centraal staan. Bewoners onderhouden zelf de tuin en er is een gedeelde woonkamer. Potentiële bewoners leveren hun bijdrage aan de woning door een half jaar bij het Ecodorp te helpen met onderhoud en andere taken. Daarna kunnen ze worden gevraagd om bewoner te worden. Bokslag wees ook op de uitdagingen van het gemeenschapsleven, zoals de acht uur per week die bewoners moeten investeren in het collectief. Ze richten zich nu op het bevorderen van de diversiteit van de gemeenschap en zijn op zoek naar oudere bewoners.
De uitdaging van betaalbaarheid
Stedenbouwkundige Paul Goedknegt van de Gemeente Nijmegen en investeringsmanager Thomas Verheijen van MWPO deelden hun inzichten over de uitdagingen van het realiseren van betaalbare en duurzame woonprojecten. Goedknegt wees erop dat het belangrijk is om woningen compacter te maken en gemeenschappelijke voorzieningen te bieden, maar benadrukte ook dat financiële haalbaarheid vaak een knelpunt is. Veel woningen worden door commerciële partijen gerealiseerd en betaalbaarheid blijft een cruciaal aspect. Ook wees Goedknegt erop dat er in Amsterdam dingen mogelijk zijn die in Nijmegen niet zomaar kunnen. Er is in de randstad meer durf, en wat dat betreft zitten architecten daar in een luxe positie.
Juist om die reden moet er een woonconcept komen dat echt zoden aan de dijk zet: een soort nieuwe normale woonvorm die niet te overdreven indrukwekkend is, maar juist door zijn soberheid echt effectief kan zijn in heel Nederland, vervolgde Verheijen. Daarbij is het van groot belang dat er een heldere visie is die alle betrokkenen aanspreekt, omdat alleen dan een eenduidig en inspirerend project kan worden neergezet. Ook belichtte hij de ontwikkeling van het gebouw van de Molenpoort, dat een betaalbare plek moet worden voor mensen die na hun studie in het centrum willen blijven wonen: ‘Het moet compact zijn om de opbrengst per m2 goed te houden. En daar zet je wat gemeenschappelijke voorzieningen tegenover.’ Betaalbaarheid is de cruciale factor, die volgens hem bij iedereen toch de grootste rol speelt.
De avond werd afgesloten door stadstekenaar Jelko Arts, die een tekening maakte waarin de besproken thema’s visueel werden samengebracht. Hij is tot 2026 de stadstekenaar van Nijmegen. Hij presenteerde zijn tekening op komische wijze aan het publiek.
Comments